Onderzoek nieuwe methode biologische grondontsmetting

maandag 22 september 2014

Start proeven op vrijdag 26 september
Op vrijdag 26 september start Agrifirm Plant samen met een reeks andere partijen een versneld onderzoek dat is gericht om bodem, die besmet is met aaltjes, biologisch te ontsmetten. Deze nieuwe en unieke manier van grondbehandeling (‘bodem resetten’) speelt in op het vraagstuk van het gebruik van het reguliere middel Monam. Het ‘bodem resetten’ kan een milieuvriendelijk alternatief bieden voor het gebruik van Monam. Het project wordt in 2014 gefinancierd door het ministerie van Economische Zaken na overleg met de KAVB, Plantum en LTO.

Biologische grondontsmetting
Een bestaande versie van biologische grondontsmetting wordt al enkele jaren toegepast in vollegrondteelten. Hierbij worden grote hoeveelheden organisch materiaal, meestal gras, in de bodem ingewerkt waarna de bodem wordt afgedekt. De resultaten van deze methode zijn soms wisselend en vaak niet praktisch door het grote volume aan gras (40 ton/ha) dat moet worden aangevoerd en ingewerkt. Bovendien moet het worden uitgevoerd gedurende zes weken in de zomerperiode. Dit kost een teeltseizoen en dus inkomsten.

Afbreekbaar eiwit
Het bedrijf Thatchtec heeft samen met Wageningen Universiteit het middel Herbie® ontwikkeld. Dit is een gemakkelijk afbreekbaar eiwit dat een constante en bekende kwaliteit heeft en afkomstig is van plantaardige afvalstromen uit de agro-industrie. Het product is zowel beschikbaar in korrel- als in vloeibare vorm. Het middel wordt in de bodem ingewerkt, waarna de bodem gedurende twee tot drie weken wordt afgedekt. In kasteelten zijn hiermee goede resultaten behaald. Als de methode ook goed werkt in de volle grond, is deze veel praktischer en in een kortere tijd uitvoerbaar dan de bestaande versie van biologische grondontsmetting.

Onderzoek
Binnen het project wordt onderzoek gedaan naar de effectiviteit van de methode op verschillende aaltjes en naar allerlei factoren die van invloed zijn op de effectiviteit en op de kosten. Het onderzoek start dit jaar op drie percelen:
• een perceel besmet met Ditylenchus dipsaci (stengelaaltje) in Noord-Holland.;
• een perceel besmet met het aardappelcysteaaltje, Pratylenchus penetrans (wortellesieaaltje) en Trichodoriden (vrijlevende wortelaaltjes) in Drenthe;
• een perceel besmet met Meloidogyne chitwoodi (maïswortelknobbelaaltje) in Limburg.

Samenwerkende partners
Het project wordt in 2014 gefinancierd door het ministerie van Economische Zaken. De samenwerkende partners Agrifirm Plant, PPO-AGV, Thatchtec, BLGG, SoilCares Research, KAVB, Plantum en LTO werken eraan om het onderzoek voort te zetten in de periode 2015-2018.